10
november
2011
Wijsheid uit het Oosten
Vorige week op de trein ontmoette ik twee buitenlandse studenten, een jongen uit Sri Lanka, en zijn vriendin, een meisje uit Vietnam. Ze waren hier voor een jaar om oceanografie te studeren aan de universiteit in Brussel.
Na een tijdje praten kwamen we (toevallig? :-)) uit bij de economische crisis in Europa. Ik vroeg hen wat hun idee was van de situatie. De jongen uit Sri Lanka antwoordde me dat er hier veel te veel schulden waren. Ik knikte om aan te geven dat ik het met hem eens was. Hoe dacht hij dat het verder zou lopen?
"Wel", zei hij, "er komt inflatie"—en dat met een blik van vanzelfsprekendheid.
Ik was stomverbaasd. Ik vroeg hem of er in zijn land inflatie was. "Oh ja", zei hij. "Als je je rupees gewoon bij houdt, kan je er een paar jaar later nauwelijks iets mee kopen".
Wat doen gegoede mensen in Sri Lanka dan met hun geld? Vroeg ik hem. Ik had het antwoord kunnen raden: "Ze kopen goud en grond".
Zijn vriendin knikte. Ik vroeg haar of dat in Vietnam ook zo was. "Ja" zei ze, "in de tijd van mijn grootouders hebben we veel inflatie gekend, het papiergeld werd telkens waardeloos". Sindsdien kopen mensen sierraden en grond met hun loon.
Ik moest de laatste dagen nog veel denken aan die korte conversatie in de trein. Die bevestigde wat ik hoorde van een vriend van me. Hij is getrouwd met een Thaïse vrouw: zijn schoonfamilie vindt het fantastisch dat hij wat landbouwgrond koopt (ze beheren het goed zelfs voor hem), en zijn vrouw is in de zevende hemel als hij haar een gouden armband cadeau doet. In Azië laten goud, zilver, en grond zien aan anderen dat je een welvarend en succesvol persoon bent.
De hang naar tastbare waarde bij inflatie en economische onzekerheid is werkelijk universeel. Uit twee vertrouwelijke bronnen hoorden we deze week nog eens hoe rijke Belgische families zich in het lokaal vastgoed vastbijten: ze verkopen hun aandelen en leggen de hand op huizen, appartementen, en gronden. Beter een vogel in de hand dan tien in de lucht, is de mentaliteit vandaag.
Toch zullen mensen die vandaag in lokaal vastgoed investeren daar waarschijnlijk heel binnenkort spijt van krijgen. Anders dan in Sri Lanka of Vietnam hebben we hier gedurende 55 jaar namelijk geen diepe economische depressie gekend waarbij vastgoedprijzen gecorrigeerd werden. En anders dan in die landen wordt hier de overweldigende meerderheid van de huizen al decennialang op krediet gekocht, wat tot een oververhitting van de vastgoedmarkt heeft geleid. Dat krediet wordt namelijk uit het niets gecreëerd, waardoor leners de prijzen tot ongekende hoogtes tegen elkaar kunnen opbieden.
De vastgoedgekte was in de lage landen weliswaar iets minder uitzinnig dan ze in de V.S. of in Spanje is geweest, maar de problemen waar we mee kampen zijn identiek: torenhoge overheidsschulden, virtueel failliete of zelfs lege pensioenspaarfondsen, reusachtige zombiebanken, een onaflatende stroom aan faillissementen (oktober was opnieuw een recordmaand), en sterk stijgende inflatie. De koopkracht van de Westerse consument daalt, en daalt steeds sneller, waardoor de westerling in de toekomst relatief méér zal gaan spenderen aan basisbehoeftes zoals voeding en kledij, en zal proberen besparen op verwarming en woonruimte: mensen zullen kleiner wonen en meer gaan huren.
Eens de hyperinflatie ook Europa bereikt mogen we niet opkijken van reële (inflatiegecorrigeerde) prijsdalingen van ver over de 50%. Weinig mensen weten dit, maar tijdens de Weimar revolutie kon een huisbaas slechts enkele eieren kopen met een maand huurontvangsten.
En dan hebben we het nog niet over de te verwachten nieuwe vastgoedtaksen, komende vermogensbelasting en maximumhuurprijzen gehad. De 'vogel in de hand' wordt er dan wel één die heel makkelijk in het vizier van de overheid wordt genomen. Bij goud is dat veel moeilijker: zelfs toen Roosevelt in 1934 decreteerde dat alle Amerikanen op straffe van tot 10 jaar gevangenisstraf alle goud boven 5 ounces moesten inleveren, werd slechts 22% van het goud van de bevolking daadwerkelijk ingeleverd. De rest bleef in de kluizen van de burgers zitten, tot de confiscatie werd stopgezet.
In België en Nederland zitten we in een zetel. Terwijl het hier nog relatief rustig is, zien we om ons heen, in de periferie van Europa en steeds dichterbij, heel duidelijke waarschuwingssignalen voor wat komen gaat: de vastgoedcrash in Spanje en Engeland, de besparingsrondes in Ierland en Engeland, de inflatie in IJsland, en de sociale onrust in Frankrijk. De economische situatie van België en Nederland is niet fundamenteel beter dan die van de ons omringende landen, we hebben alleen het geluk niet de eersten te zijn om de klappen te incasseren. Ideaal dus om ons zo goed mogelijk voor te bereiden op wat komen gaat. Bij Goldonomic werken we hard om u zo goed mogelijk te informeren hoe dat kan.
{unsubscribe}Klik hier om uit te schrijven{/unsubscribe}